Dit is mijn derde seizoen als Club Scheidsrechter Plus (CS+) in het hockey. Als CS+ ben ik onderdeel van een groep enthousiastelingen op mijn club. Na een interne opleiding en het afleggen van een praktijkexamen kan je toetreden tot deze groep. Wij hebben de ambitie door workshops van onder meer Hoofdklasse Bond-scheidsrechters ons niveau te verhogen. Belangrijk onderdeel is het geven van feedback aan elkaar na afloop van een wedstrijd. Best spannend, maar zeer leerzaam. Met elkaar zorgen we ervoor dat we beter worden. En dat is leuk. Het levert bovendien een verhoging van het plezier in het veld op. Dat is zichtbaar. Ik sta er met mijn neus bovenop. En we leren elkaar ook nog eens beter te reflecteren. Want reflecteren kun je leren. Sterker nog, moet je leren. Maar dat terzijde. Dat is een onderwerp voor weer een volgend blog.
Het zijn van CS+ heeft mij in ieder geval nog meer de ogen geopend wat er op en rond een sportveld allemaal voor invloeden zijn die het plezier vergroten en helaas ook verkleinen. Want je blijft toch ‘maar’ een clubscheidsrechter en die hebben het in de ogen van sommige ouders en ook kinderen (in welke volgorde?) toch altijd gedaan als het niet goed gaat. We hebben bijna per definitie de schijn tegen. En dat steekt. Wij zijn namelijk erg aanspreekbaar op eventuele verkeerde beslissingen. Die proberen we natuurlijk tot een minimum te beperken, niet alleen door heel goed met het spel mee te lopen en er dus bovenop te zitten, maar ook door echt samen te werken en elkaar te steunen en indien gevraagd tijdens de wedstrijd te adviseren. Maar natuurlijk gaan er zaken fout in het veld. Door spelers en ook door scheidsrechters. Laat daarover geen twijfel bestaan.
Het zou voor ouders langs de lijn erg goed zijn om zich eens goed te verplaatsen in de scheidsrechters. Dat kan beginnen door de spelregels echt goed te leren en niet te denken dat je die wel weet omdat je al jaren langs de lijn staat of vroeger zelf hebt gesport (“hoog gesport”). Daarnaast zou het goed zijn te accepteren dat er verschillen van mening zijn of dat er soms fouten gemaakt worden. En vaak gaan die over interpretatie. Alleen al door de positie van de scheidsrechter in het veld versus de positie van de ouder langs de lijn onderschrijf ik de stelling dat de scheidsrechter meestal het voordeel van de twijfel moet krijgen. En de over het algemeen grotere regelkennis komt daar als argument nog eens bij.
Maar hoe ga je daar als ouder langs de lijn nou goed mee om? Vanuit de gedachte dat je een kind niet helpt het te voeden met boosheid, argwaan, scepsis, minachting en disrespect voor iemand die de orde handhaaft (wat ook de rol is van een scheidsrechter). Dus mocht je na dit alles toch een andere mening hebben over wat er in het veld gebeurt, ventileer dit dan in ieder geval niet met de kinderen erbij. Nou zullen veel ouders zeggen, dat ze dat niet doen. Eerlijk? Een kind heeft haarfijn door hoe jouw blik is ten opzichte van de scheidsrechter en ontleent daar de legitimatie aan van zijn eigen gedrag. Dus als je een kind in het veld iets ziet doen dat niet door de beugel kan richting een scheidsrechter, kan je er gif op innemen dat een van de ouders (of beiden) hun mening in een eerdere situatie niet onder stoelen of banken hebben gestoken.
Het plezier van kinderen wordt aanzienlijk groter als ze geleerd hebben te accepteren dat het soms niet zo gaat als ze zouden willen en daarna vooral kijken naar wat ze daar zelf aan kunnen doen. Dus als uw kind thuiskomt of van het veld komt met commentaar op de scheidsrechter is het zaak als eerste meteen te reflecteren op je eigen rol (“Heb ik dat wellicht gevoed door zelf ook commentaar te hebben, hoe omfloerst ook en eventueel in het verleden?”). En vervolgens de boodschap af te geven over dat de scheidsrechter het heel misschien niet altijd goed doet, maar dat je de beslissingen wel hebt te accepteren. Heel simpel. Hij staat er dichter bij, kent de regels beter en doet naar eer en geweten dat wat goed is voor het spelletje en voor het plezier van de teams. Dus in plaats van de schijn tegen te hebben verdienen de scheidsrechters het om het voordeel van de twijfel te krijgen.
Punt!
Dit blog is ook gepubliceerd op de site van Tischa Neve, van de organisatie Groot en Klein